(opiniestuk – NRC Handelsblad 14 oktober 2009)
Nu de DSB is gevallen, treft Scheringa hard commentaar in de media en hoongelach op straat. Ik vind dat misplaatst.
De DSB zou een krakkemikkige bank zijn. Oh ja? Wanneer spaarders hun geld massaal terug willen, valt elke bank om, hoe gezond ook. Als je maar hard genoeg roept dat ’t slecht gaat met een bank, is dat ook zo, dan creëer je zo’n run – en heb je achteraf gelijk. Scheringa beweert dat hij ‘gepakt’ is en men het doelbewust op de ondergang van zijn bank voorzien had. Van Lakeman is dat duidelijk, die windt er geen doekjes om. Van het lekken uit het crisisoverleg tussen DNB en Financiën, wat vette krantenkoppen en de paniek veroorzaakte die de rechter er toe zette het curateleverzoek -alsnog- goed te keuren, is boos opzet lastiger aantoonbaar.
Zijn val is terecht, wordt gezegd, zo komt boontje om z’n loontje: had-ie maar niet die arme mensen moeten opzadelen met te hoge schulden. Het verbaast me, ook bij eerdere en soortgelijke affaires, dat zo gemakkelijk beschuldigend naar de kredietverstrekker wordt gekeken. Werden consumenten verleid met agressieve reclame? Kan zijn en wellicht hadden mensen beter gewezen moeten worden op de risico’s, maar ze zijn de lening aangegaan met hun volle verstand, uit vrije wil, verblind misschien door de zucht naar dat grote plasmascherm, die nieuwe auto of een eigenlijk te duur huis.
Zijn val is terecht, wordt gezegd, want hoogmoed komt voor de val: Scheringa is megalomaan en ijdel. Het mag dan ijdel zijn om je bank je eigen initialen mee te geven, maar zo vaak treedt Scheringa niet op de voorgrond. Als hij in beeld kwam was dat meestal als enthousiaste supporter van de sportploegen die hij ondersteunde. Zoals voetbalclub AZ, die hij met zijn geld, maar vooral door het aantrekken van goede beleidsmakers en trainers, heel knap kampioen zag worden. Zijn passie voor moderne schilderkunst resulteerde in een uitstekend museum, goed geleid, bezocht en gewaardeerd. Daar is weinig megalomaans aan, Scheringa houdt van realisme.
Terwijl Scheringa graag serieus wilde worden genomen, deden de old boys lacherig over hem en zijn bankje. Jarenlang kon dat, tot de DSB geen last bleek te hebben van de kredietcrisis en AZ ineens kampioen van Nederland werd. En als zo iemand zelfs de euvele moed heeft om ministeriële aspiraties uit te spreken, wordt het tijd de parvenu zijn plaats te wijzen. Zo iemand bied je in ieder geval minder snel de helpende hand, wat de vijf grootbanken tamelijk moeiteloos hadden kunnen doen.
Scheringa is een succesvolle ondernemer, volkomen selfmade. Jarenlang heeft hij duizenden mensen werk geboden, nog veel meer anderen heeft hij mee laten genieten van zijn passie voor sport en kunst. Nu hij tot val is gebracht, heeft hij ineens met terugwerkende kracht nooit gedeugd. Het hoongelach, waarmee men zich verlekkert aan zijn ondergang, doet denken aan de Middeleeuwen, toen de veroordeelde op het schavot door het volk kon worden beschimpt en uitgejouwd – dan durfden ze wel.
Naschrift 17/10: de actualiteit heeft mijn artikel al ingehaald. Opmerkelijk hoe snel de publieke opinie gekanteld is: Scheringa wordt inmiddels gezien als een West-Friese held, vechtend voor zijn bank en personeel – en da’s ook weer overdreven.
Naschrift 22/10: en inmiddels lijkt Nederland weer klaar met Scheringa. Slachtoffer werd even held en is nu weer een bankier -de zoveelste- die te inhalig is geweest, maar weigert de schuld bij hem zelf te zoeken.
12 Responses to Hoongelach om Scheringa misplaatst