Om van mijn zware armblessures te herstellen, had de dokter pijnstillers en rust voorgeschreven, maar daar nam ik uiteraard geen genoegen mee. Als modern patiënt, juist niet geduldig, ging ik als altijd op zoek naar second and third opinions, naar alternatieven. Dus vroeg ik m’n fysio in Amsterdam oefeningen te mailen, belde ik m’n eigen huisarts -ik hoorde ‘m zuchten- en bezocht ik een osteopaat: een Ferrari heeft ook niet maar één monteur.
Kook had nog een goeie tip: ‘Ga naar een acupuncturist, er schijnt er eentje in de buurt te zitten.’ Na enig zoeken kreeg ik haar te pakken, een oud vrouwtje zo te horen, en diezelfde middag mocht ik komen – acupunctuur is blijkbaar nog geen hype in de Provence. Dus reed ik gistermiddag door de heuvels, langs wijngaarden en witgebloesemde amandelbomen, via Carcès naar Entrecasteaux. Daar, twee kilometer buiten het dorp, na het bord Produits Agro-alimentaires & Miel, moest ik naar links, had de mevrouw gezegd, het bospad op en almaar rechtdoor.
Het bos werd woud, ik zag beren op het pad en hoorde wolven huilen, tot ineens het acupunctuurvrouwtje achter een boom vandaan kwam – ik had ‘r bijna omver gereden. ‘J’habite là,’ wees ze op een huisje verscholen onder wat eiken.
Met een kop kruidenthee -wat anders?- lag ik op een bed in een logeerkamertje, sokken en schoenen uit. In de hoek stond een bezem, waar zij zich vermoedelijk mee vervoerde – een auto had ik buiten niet gezien. Het acupunctuurvrouwtje, tegen de 100, zette gezwind en met verrassend vaste hand de spelden. Soms was het pijnlijk: ‘Dit punt correspondeert met uw lever, monsieur, drinkt u veel?’
Ze bekeek me kritisch.
‘Het is niet voor niets dat u een armblessure heeft,’ zei ze.
‘Omdat ik te veel typ misschien?’ dacht ik.
‘La vie wil u iets vertellen,’ ging ze verder, ‘maar u luistert niet.’
‘Nee?’ Mijn voet leek inmiddels een kaktus.
‘U zou minder moeten doen en meer moeten zijn. Minder willen controleren en meer dingen simpelweg laten gebeuren,’ zei ze streng. ‘Weet u, monsieur, als dingen niet zo gaan zoals u wilt, zorg dan dat u wilt zoals het gaat.’
Ik knikte ja en amen, dacht er ‘t mijne van, maar hield me gedeisd. Wel zo verstandig als een oud vrouwtje bezig is je als speldenkussen te gebruiken.